Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Zij hebben haar [60]woud afgehouwen, spreekt de HEERE, hoewel het niet is te [61]onderzoeken; want zij zijn meerder dan de sprinkhanen, zodat men hen [62]niet tellen kan. 60. Dat is, de steden en dorpen, idem het volk, of de krijgslieden van Egypte, die vanwege de dichte menigte der mensen bij een woud vol bomen worden vergeleken; vergelijk Jes.10:18,19. 61. Te weten het getal der bomen, dat is der mensen. 62. Hebreeuws, zij hebben geen getal; alzo Richt.6:5.